Songofsongs

Met pixels, verf en levende lijven wordt een beeldenstroom gecreëerd. BVDS liet zich voor deze voorstelling inspireren door Het Hooglied, the Song of Songs; een erotisch scheppingsverhaal uit de bijbel. SONGOFSONGS toont een vrouw in het midden van haar leven, een vrouw in een (de?) overgang. Ze wordt Mommy genoemd en oefent zich, samen met een community van lovers, in het liefhebben van de meer-dan-menselijke wezens die ze in haar intieme praktijkruimte ontmoet.  

SONGOFSONGS onderzoekt een manier van ecologische storytelling: een vertelvorm die niet lineair maar circulair is, niet rationeel maar intuïtief, die gesprekken boven monologen plaatst, en relaties boven individuen. Het is een manier van vertellen die ons mensen terugwortelt in ons ecosysteem, in onze grote wilde familie van harige, schimmelachtige en plantaardige verwanten. 

“Wat bijzonder is, is dat de voorstelling raakt aan het onvoorstelbare. Het opent vluchtwegen, sluiproutes of misschien (hopelijk) afslagen die we kunnen nemen.” - Theaterkrant

over BVDS
Het kunstenaarsduo Suzan Boogaerdt en Bianca van der Schoot werkt al samen sinds ze in 1999 afstudeerden aan de Mime-opleiding van de Theaterschool Amsterdam.  Ondanks dat hun werk diep verankerd is in de anarchistische traditie van de Nederlandse Mime, hebben ze een praktijk opgebouwd die verschillende kunstdisciplines combineert. Boogaerdt/VanderSchoot’s werk wordt vaak omschreven als fysieke performance en video-installatie ineen—een synergie tussen de podiumkunsten en de beeldende kunst.

Hun werk leent zichzelf tot de grey space, de schemerzone tussen de black box en de white cube, waar ze zowel theatrale- als museale regels en conventies oprekken. Het duo creëert tussenruimtes waarin de homo digitalis haar lichamelijke gewaarwording kan trainen en handvatten krijgt om zich met haar off-line body te verbinden tot allerlei nieuwe (virtuele) werelden. Door een gender-bewuste lens onderzoeken ze hoe verschillende realiteiten, of het nu virtuele- of droomwerelden zijn, interfacen met de menselijke gebruiker. 

Boogaerdt/VanderSchoot stelt de vraag wie of wat het apparaat van het (menselijke) lichaam bestuurt, hoe dat de aard van het bewustzijn beïnvloed, en bijgevolg de totstandkoming van verschillende realiteiten. Het duo exploreert lichamelijkheid in al zijn verschijningsvormen en speelt met het idee van een lichaam als object. Daaruit volgt dat de menselijke performer niet als vanzelfsprekend centraal staat. Ze spelen met het vervreemdingseffect van o.a. gemaskerde figuren, cybors, poppen, avatars, en semi-gemechaniseerde karakters. Zo oppert Boogaerdt/VanderSchoot de vraag ‘Wat maakt ons menselijk?’ en faciliteren ze een herverbinding met de creatieve kracht van het leven zelf.